Verhalen uit Baouan: 'Staatsburgers'
Zonder voorafgaand besef bevond ik me in een als oorlogshospitaal ingerichte burgerwoning. Ik zat kaarsrecht op een ongemakkelijke kerkstoel. Waarom ik daar was en waar ik vandaan kwam wist ik niet. Een vrouw van middelbare leeftijd met een rond, flink gebruind gezicht en korte, donkere krullen werd uit een geïmproviseerd operatiekwartier op een brancard de woonkamer binnengedragen. Vanuit de tegenoverliggende hoek merkte ik de woest wellustige blik op waarmee ze me in het vizier hield en me allerlei schijnbaar tot actie dwingende gebaren toewierp. Nog terwijl ik verwoed mijn best deed ongemakkelijk weg te kijken, werd een tweede draagstoel neergeploft, ditmaal dichterbij, waarop zich een soortgelijk tafereel begon af te spelen. Met als enige doel niet van overspel beticht te worden (naar wie de benadeelde partij dan wel mocht wezen had ik volledig het raden), besloot ik op zoek te gaan naar een definitieve waarheid, en me via de achterdeur uit de voeten te maken. Ik begaf me in ...